dinsdag 13 november 2012

MTB-duatlon Valkenburg (NL)

 Zaterdag trok ik voor mijn laatste soloduatlon van 2012 nog eens de grens over. In Vilt - het kleine dorpje tussen Valkenburg en Maastricht waar Philippe Gilbert anderhalve maand geleden naar de wereldtitel snelde - stond immers een heuse 'bergduatlon' op het programma. Het was meteen ook mijn eerste wedstrijd in mijn nieuwe tenue.

Zowel het loop- als fietsparcours was - licht uitgedrukt - geaccidenteerd. In de eerste run wachtten ons twee loopronden van 2,5 km, gekruid met twee steile beklimmingen die op bepaalde stroken zelfs ideaal waren om een blessure op te lopen. Vervolgens moesten we drie fietsronden van zes kilometer afwerken, ook hier met het nodige explosieve klim- en daalwerk. Bovendien werden ook de liefhebbers van techniek voldoende verwend. Om af te sluiten mochten we nog eens hetzelfde loopparcours eenmaal afwerken.

Topfavoriet voor de start was landgenoot Paul Embrechts, winnaar van talloze offroad du- en triatlons en in september nog vice-Belgisch kampioen crosstriatlon in De Haan. Tegenstand zou er vooral komen van de Nederlandse offroadtoppers: Joost Christiaans (3de op NK crosstriatlon), Tim Dullaart (Nederlands kampioen crosstriatlon), Evert Gielen (een sterke bergloper uit de streek), ex-profwielrenner Michiel Elijzen, de tweelingbroers Mark en Marco Muller en de sterke Belg Wim Van Houdt.



De eerste kilometer van elke loopronde verliep hoofdzakelijk bergaf. Ik kon me meteen rond de tiende plaats positioneren en bleef zowat de hele eerste run rond die plaats hangen. Ik voelde me niet slecht, maar besefte meteen dat het een dagje 'schade beperken' zou worden. De laatste dagen voor de wedstrijd had ik voortdurend last van een tegenpruttelende maag. Niet zo verwonderlijk, aangezien ook leerlingen, collega's en een huisgenoot met dezelfde problemen sukkelden. Echt slecht voelde ik me niet, maar het betere gevoel van dit jaar was toch redelijk veraf.





Als tiende sprong ik de MTB op, met een achterstand van ruim twee minuten op de favorieten. Ik kon meteen enkele rivalen remonteren, zodat ik na een goeie ronde op de zesde plaats belandde. Mijn achterstand op de eersten nam toe, terwijl Marco Muller - die ik had ingehaald en in zevende positie zat - hardnekkig in mijn spoor bleef aanklampen. Enkele keren moest hij een gat laten, maar in de meer technische stroken (bergaf) kon hij telkens weer komen aansluiten. Uiteindelijk zou hij me in de derde ronde door een bizar manoeuvre bijna ten val brengen en mijn zesde plaats innemen. Ik kwam in de slotkilometer nog terug tot op zijn wiel en kon na een snellere wissel in zesde positie de slotrun aanvatten.

Wat ik echter tijdens de slotmeters van de eerste run had gevoeld, werd ook waarheid in de tweede. Ik kreeg weer last van een opspelende maag en moest - nadat Muller mij had achtergelaten - de bosjes in. Het kostte met een oponthoud van een kleine halve minuut, maar veel belang had het toch niet meer. Mijn Nederlandse opponent was de betere loper en ik liep 'zonder forceren' naar de aankomst.




Een zevende plaats in een duatlon op de zijflanken van de Cauberg is niet slecht, zeker niet als je het deelnemersveld bekijkt. Aan de andere kant kan ik moeilijk tevreden zijn met het matige gevoel. De enige reden waarom de uitslag nog meer dan meeviel, is omdat mijn basisniveau hoog genoeg ligt om zelfs op slechte dagen een behoorlijke uitslag te lopen/rijden.

UITSLAG

Een jaar geleden zou ik dolgelukkig geweest zijn met deze ereplaats, nu is het - hoe bizar het ook klinkt - een gewoonte geworden om altijd vooraan te eindigen. Het is een vaststelling om naar de toekomst mee te nemen en - vooral dit - om rekening mee te houden als er ook eens een mindere periode aanbreekt. En zo'n mindere periode komt er gegarandeerd nog eens aan...

Zaterdag nog in duo de sterk bezette winterduatlon van mijn eigen club TTI in Geluwe. Daarna mag ik eventjes genieten van een welverdiende (!) rustperiode.

Tom

Geen opmerkingen:

Een reactie posten